Skip to main content

Hoe schrijf ik een kinderboek?

| Mirjam van Zelst | Woord
Hoe schrijf ik een kinderboek?
Marloes voor haar boekenkast | Foto: Mirjam van Zelst

Neem tijd. Werk hard. Laat los. Dat zijn de tips van kersverse kinderboekenschrijfster Marloes Morshuis, voor wie ooit nog eens een boek wil schrijven. Eindelijk ligt nu haar eigen eersteling, Koken voor de keizer, in de winkel.

Droom

“De droom een boek te schrijven trekt al mijn hele leven aan me. Ik heb een zwak voor avonturen, daarom is het uiteindelijk een kinderboek geworden. Als kind beleefde ik zelf zo veel plezier aan lezen, dat ik in eerste instantie mijn eigen kinderen iets van dat plezier wilde meegeven. Het eerste boek dat ik schreef, een testboek, ging over mijn zoontjes en was dan ook bedoeld als cadeau voor hen.”

Genoeg

“Het kost veel tijd en aandacht om een boek te schrijven. Ik had destijds een hele drukke baan in het campagneteam van Groen Links, en ik had al een tijdje het gevoel dat ik het niet goed kon combineren met thuis. In 2011 was het ineens genoeg. ‘Ik laat dingen liggen door deze drukke baan’, dacht ik. Waaronder dus toch die droom om een boek te schrijven. Ik besloot zelfstandige te worden. Dat is een hele moeilijke keuze geweest.”

Twee liefdes

“Om dat moment te markeren, ben ik een schrijfcursus gaan doen bij de Schrijversvakschool. Toen heb ik dat testboek geschreven, maar toen dat klaar was, kreeg ik ineens een goed idee voor een ander boek. ‘Stel je voor dat je moest koken voor je leven’ was de kerngedachte. Daarmee had ik twee liefdes gecombineerd; koken en schrijven. Een dag per week werkte ik aan dit verhaal. De rest van de tijd werkte ik voor anderen.”

Herschrijven

“De eerste versie had ik in krap een jaar af. Ik heb het aan mensen laten lezen en naar een stuk of zeven uitgevers gestuurd. Ik kreeg goede reacties, maar geen contract. Toen dacht ik: ‘Ik ga het helemaal herschrijven’. Ik heb de eerste drie hoofdstukken geschrapt. Kill your darlings, ja. Terwijl ons huis verbouwd werd en mijn leven een chaos was, heb ik het afgemaakt. Toen ben ik het gaan voorlezen aan leerlingen van groep 8, om te weten of het wat was.”

Flow

“Ik vind schrijven moeilijk. Soms kom je helemaal in de flow en hoor je zelfs de muziek niet meer, maar het kost moeite om daar te komen. Daarnaast weet je nooit of het goed genoeg is wat je doet; er is geen maatstaf. Ik heb veel aan mezelf getwijfeld, maar ik wilde het heel graag. Achteraf ben ik positief verrast door mijn eigen doorzettingsvermogen. Ik dacht steeds: ‘Ik ben nu zo lang bezig, ik kan er nu niet meer mee ophouden.’”

Crowdfunding

“Het positieve oordeel van die kinderen heeft me over de streep getrokken om een uitgave in eigen beheer te maken. Ik kende veel mensen in dat wereldje, en met een crowdfundingcampagne kreeg ik genoeg geld bij elkaar om er echt iets moois van te maken. Een illustrator en een vormgever hebben bijvoorbeeld voor vriendenprijsjes meegewerkt. Ik besloot alle ballen op dit boek te zetten en er helemaal voor te gaan.”

Urgentie

“Een van de moeilijkste dingen was om met mijn verhaal ‘naar buiten te gaan’. Ik moest mezelf er echt overheen zetten dat ik de zoveelste vrouw was die een kinderboek had geschreven. Hoe ik de moed erin hield? Door steeds terug te keren naar mijn eigen gevoel van urgentie. Ook kweek je trouwens wel een olifantenhuid. Met een grote dosis galgenhumor heb ik wel eens geopperd de gang van ons verbouwde huis te behangen met afwijzingsbrieven.”

Eindelijk

“Toen het boek, na de presentatie in de bieb, verkrijgbaar was bij het Centraal Boekhuis en in een aantal winkels lag, werd ik ineens gebeld door de eigenaar van een van die kinderboekenwinkels. Die was zo enthousiast, dat hij het, met aanbeveling, naar twee fondsen opgestuurd heeft. Op de dag dat de verbouwing aan ons huis klaar was en we met champagne klonken op het afbreken van de steigers, belde Lemniscaat. Ze wilden het opnemen in hun fonds.”

Sprong van blijdschap

“Nu voel ik me heel rustig; alles is op zijn plek gevallen. Ik heb een bodem gelegd, van waaruit ik door kan zetten. Soms maak ik ineens een sprongetje van blijdschap, in de huiskamer. Ik heb een boek geschreven! Het ligt in de winkels en het loopt heel goed; daar hoef ik nu weinig meer aan te doen. Alle energie kan weer naar het schrijven. Ik ben tenslotte pas een beginner; nu moet ik het laten zien. Ja, ik ben al bezig met de tweede. Het wordt heel spannend. Meer zeg ik niet!”

Getagd onder

Mirjam van Zelst

Mirjam van Zelst is freelance journalist bij o.a. De Gelderlander en AD en geeft les in journalistiek en creatief schrijven op basisscholen. In haar vrije tijd leest, wandelt, eet, drinkt en reist ze graag.

Deel dit artikel